Op het moment van schrijven zit (afgelopen dinsdag) ik in het vliegtuig richting San Francisco vanuit New York. Het is een vlucht van 5 uur dus dat geeft mij alle tijd om uitgebreid verslag te doen van de marathon van afgelopen zondag. Tot nu toe heb ik naast de medaille ook nog forse spierpijn overgehouden aan de marathon. Vrijwel elke marathonloper zal het herkennen dat trappen naar beneden lopen niet fijn is…
Jetlag
De dinsdag voor de marathon kwam ik aan in New York. Een van de redenen was dat ik zo kon acclimatiseren en de eventuele jetlag voor kon blijven. Dat viel in praktijk nogal tegen. Alle dagen voor de marathon sliep ik slecht. Ik werd super vaak wakker en sliep gewoon niet lekker. Niet ideaal als voorbereiding op de marathon. Over slapen gesproken, de marathon start niet vroeg maar uitslapen is er ook niet bij. Je moet er vroeg uit omdat je redelijk op tijd in het atletendorp moet zijn. Voor wie het niet weet de race begint in Staten Island en je finisht in Central Park. Je rent over de brug die Staten Island met New York verbindt dus op gegeven moment gaat de brug dicht.
De aanloop
Mijn alarm gaat om 4.00, ik heb dan redelijk goed geslapen en het is dan ook eigenlijk jammer dat ik niet nog paar uurtjes kan blijven liggen. Ik heb mijn spullen natuurlijk de vorige avond al gepakt en klaar gelegd. Ik maak ontbijt en pak het in want 5 a 6 uur voor de start ontbijten is veel te vroeg. Ik reis richting de New York Public Library waar we met bussen naar de start gaan. Je kan overigens ook met veerboot. Er staan een mega lange rij maar het gaat heel efficient dus ik hoef niet al te lang op mijn benen te staan. Aangekomen bij het atletendorp is er een grote veiligheidscontrole wat uiteindelijk vrij snel gaat. Ik haal koffie bij de Dunkin’ Donuts truck en ga in een tent zitten waar ik redelijk uit de wind zit. Het is niet echt koud. Ik begin aan mijn ontbijt en merk al vrij snel dat het moeite kost maar je dat je moet eten dus je probeert zo veel mogelijk van je ontbijt weg te werken. Na lang wachten begeef ik me naar het startvak waar het ook nog best lang duurt voordat je naar de start mag. Om 9.50 gebeurt het dan eindelijk: “On your mark…” gevolgd door een keiharde toeter. We zijn los.
Van start
Als het startschot klinkt mag je meteen aan de bak met een klim. Klimmen doe je hoe dan ook veel in deze marathon. Ik weet dat je dit stuk jezelf niet gek moet laten maken. In alle rust naar boven. Ik loop een minuut langzamer dan het tempo wat ik wil rennen. Precies zoals ik het bedacht had. Als je naar beneden gaat, ga je niet afremmen want dat kost energie die je niet hoeft te verbruiken. Ik vlieg naar beneden en haal alle mensen die me voorbij zijn gelopen op het klimgedeelte in. Op een gegeven moment loop ik naast iemand die vlakbij mij stond in het startvak, zijn pace bandje gaf aan dat het 2.47 wilde lopen. Oeps hier moet ik niet naast willen lopen… ik laat het tempo wat zakken. Als je van de brug afkomt begint het deel waarbij je je ritme moet vinden. Ik merk al snel dat door de afdaling mijn ritme te snel is. Dit wordt bij het 5KM punt al bevestigd. Ik wil afremmen maar ik kom niet uit mijn ritme, ik loop zelfs zo lekker dat mijn volgende 5K nog sneller is. In de volgende 10 probeer ik te temporiseren. Het plan vooraf was dat ik de eerste helft wat rustiger zou lopen om het tweede deel goed te kunnen zijn. Nou dat plan ging dus al vrij vroeg de deur uit. In de eerste 10 denk ik terug aan Rotterdam eerder dit jaar. Toen kwam ik ook in een sneller ritme dan bedacht, daar bleef ik toen op doorlopen en ik leverde wel iets aan maar niet schrikbarend veel. Zou dat vandaag ook gaan lukken?
Begin van het einde
Halverwege kom ik door op 1.27, een minuut sneller dan bedacht toen ik mijn strategie uitschreef. Het is maar goed dat ik het laatste deel nog beetje getemporiseerd heb want anders was de schade nog groter geweest. Het volgende punt is de brug waar iedereen tegenop ziet: Queensborough Bridge. De brug is lang maar dat is niet het grootste probleem. Het klimgedeelte is super lang. Je gaat zo’n twee kilometer omhoog, de brug is niet eens super stijl maar je wordt langzaam opgerookt door de lengte. Als je vervolgens bijna beneden bent wacht er een U-bocht waarmee je op 1st Avenue komt, vlak hiervoor zie je de mensenmassa al staan. Je hoort een orkaan van geluid. Dit stuk is ook niet echt vlak (niks is vlak in New York) maar wel goed te doen. Alleen mijn benen beginnen al steeds meer pijn te doen. Ik begin hier al langzamer te lopen. In mijn beleving ga ik op gegeven moment extreem langzaam, als in 1 tot 1,5 minuut langzamer per kilometer. Dit blijkt achteraf helemaal niet te kloppen. Voor je gevoel ben je niet meer vooruit te branden. Op een gegeven moment komt het moment dat het zo erg pijn doet dat je helemaal niet meer bezig bent met je eindtijd. Het maakt allemaal niet meer uit, je wilt alleen nog maar finishen. Het huilen staat je nader dan het lachen op dat soort momenten. Mijn horloge geeft op een gegeven moment aan dat ik er 32 op heb zitten. Ik denk: “Oh nog maar 2 naar de Cheerzone van de Bridge Runners en Nike Run Club. Dan volgt een keiharde mentale klap, ik loop langs het 30K punt… Later blijkt dat de Queensborough Bridge soms de GPS nogal verstoord.
De lijdensweg
Vanaf hier is het gewoon doorbijten, mijn bovenbenen doen ziek veel pijn. Ik besluit tegen mijn natuur in door een waterstation te wandelen. Tijd nemen om te drinken en dan weer door. Het is de hele dag vrij warm en ben hele tijd dorstig. Dan komt de cheerzone en ik versnel altijd richting heerzones en dat kan ik nu ook? Heel raar en dom van mij want daarvoor zat ik in een soort ritme wat wel redelijk ging. Ik loop nog een keer door een waterpost en ik stop nog een keer om rustig een gelletje te eten voordat het laatste grote pijnpunt komt: 5th Avenue. Een lange klim, het is misschien redelijk vals plat maar zo voelt het niet na 35-36 kilometer. Ik stop daar nog een keer. Er staan een paar mensen die meteen vragen of het goed goed en vragen of ik iets nodig heb. Ik vraag om water en ze pakken snel water voor me wat ze hebben meegenomen en ik drink het snel op en bedank ze. De marathon leeft hier echt, iedereen is behulpzaam en een groot deel van de stad is uitgelopen zoals elk jaar (schatting is meer dan 1 miljoen mensen). Ik vervolg mijn lijdensweg en als ik Central Park binnen komt staan er 2 Black Roses die mij gelukkig zien en mij nog een laatste boost geven. Ik kom Tommy (een van de Junkies) tegen die helemaal opgerookt is. We besluiten samen te finishen en twee kilometer later is het dan zover. Helemaal kapot.
Zout in de wonden strooien
Alsof de marathon nog niet zwaar genoeg is laten ze je na de finish nog een kilometer (!!!!!) naar je tas lopen. De trucks met de tassen van de lage startnummers staan HELEMAAL aan het eind. Tussendoor krijg je nog een tas met allemaal hersteldrinken en eten. Ik voel me dan al niet goed en het koude water wat ik drink helpt waarschijnlijk ook niet, ik begin me steeds beroerder te voelen.Inmiddels zijn we even gaan zitten want onze benen doen zoveel pijn. Zitten was een hele uitdaging. We lopen wat verder en ik voel dat het niet meer gaat, ik hang tegen een hek aan en moet over mijn nek. Nogmaals de bevestiging hoe diep ik heb moeten gaan vandaag. Vanzelfsprekend gaat her daarna wel beter. Tijdens het zitten heb ik besloten mijn schoenen uit te doen en op sokken te gaan lopen. Dit blijkt een vrij pijnlijke inschattingsfout te zijn. Door de steentjes doet het extra pijn en schoenen weer aan doen is een Mission Impossible. Eindelijk bij mijn tas aangekomen is er een muurtje waar ik kan zitten. Mijn Whatsapp is geëxplodeerd: 450 nieuwe berichten. Ik lees ze niet meteen, eerst de race op Strava zitten (belangrijk ;)) en bijkomen. Ik ben Tommy inmiddels kwijt maar Jenny van Parkdale Road Runners (Toronto) ziet mij en we bespreken de race en hoe we ons voelen. Dit is waarschijnlijk het leukste wat ik de laatste anderhalf uur heb meegemaakt. Mijn benen zijn zo zuur en stijf dat ze mij een beetje moet helpen met mijn schoenen.
Tot slot
Ik ben niet blij want ik heb niet gehaald wat ik wilde en zat er zelfs ver vanaf. Het is moeilijk te zeggen dat als ik rustiger had gelopen in eerste deel wat er dan was gebeurd. Ik ben ook niet teleurgesteld. Ik heb de dagen ervoor slecht geslapen en was al best moe. Sinds de epileptische aanval in mei ben ik nog steeds niet mijzelf en is het qua gezondheid niet optimaal. Ik had voordat ik naar New York zelfs twijfels of ik wel zou starten. Vorig jaar naar Berlijn zat ik eigenlijk in hetzelfde schuitje. Toen was ik ontroostbaar en diep teleurgesteld, toen had ik vlak ervoor een week op Cyprus gezeten voor een bruiloft dus dat was ook verre van ideaal. Het grote verschil is dat ik toen nog geen SUB3 marathon had gelopen en nu heb ik dat al wel gedaan. Ik moet eigenlijk voorlopig niet denken aan een nieuwe marathon maar in april wacht Boston. Mijn streven was om alle majors onder de 3 uur te lopen. Na de race heb ik dat plan in de ijskast gezet maar wie weet kom ik nog een keer terug naar New York voor de marathon. Driemaal is scheepsrecht toch?